200 procent inzet, en dat zag ik zitten 

NIELS GOOSSENS, TEELTMANAGER FLEVOPLANT

Flevoplant is actief in de vermeerdering en opkweek van aardbeiplanten, het bedrijf wordt nu mede gerund door Niels Goossens. De opa van Niels, Janus Goossens, is vanuit Brabant verhuisd naar de Noordoostpolder en is in 1958 gestart met ondernemen in Ens. Op kleine schaal is hij asperges en aardbeien gaan telen. De vader van Niels, Jos Goossens, kwam in 1986 het bedrijf in en heeft de keuze gemaakt om zich te gaan focussen op één product. Op grote schaal is hij de aardbeiplantenvermeerdering gaan uitbreiden. ‘’Vanaf mijn 15e werd het voor mij duidelijk dat ik het bedrijf over zou nemen. Als je ervoor gaat dan moet je er voor 200 procent voor gaan en dat zag ik zitten,’’ vertelt Niels.

15 miljoen stekjes in zes weken tijd oogsten en planten
‘’In februari planten we de moederplanten in de kas. Vervolgens hangen er in juli en augustus voldoende stekken aan en is het tijd om de stekken te oogsten en weer te planten. Het gaat dan om 500.000 stekken per dag en daar doen we zes weken over. De stekken oogsten en planten moet binnen een dag gebeuren, anders drogen ze uit. Het is een hectische periode waarbij we een hoop personeel nodig hebben.’’   

Vanaf de zomer tot aan de winter groeit de stek verder uit tot een trayplant. Het ontwikkelt wortels en de plant maakt de trossen voor het volgende jaar aan. ‘’Het gaat erom dat we planten kweken die geschikt zijn voor onze klanten, de productietelers zijn onze klanten. De productietelers kweken de plant verder af waar aardbeien aan groeien. De klant wil de aardbeienplanten in het voorjaar beschikbaar hebben. De maanden maart, april en mei zijn onze uitlever maanden, daarna loopt het af.’’  

Verandering in de vraag 
 ‘’We zien wel wat verandering in de vraag. Ook aardbeien worden steeds meer jaarrond gegeten en geteeld. We kunnen in principe het jaar rond planten leveren. In de maand november gaat de plant in winterrust. Als hij in rust is, dan pakken we de plant in, in een appelkist. Dan koelen we hem tot -1,5 graden zodat wij de planten langer kunnen bewaren,’’ legt Niels ons uit.

Waar gaan de planten heen? 
 80 procent van het product gaat naar het buitenland, en dan met name naar Noordwest-Europa. Een consument in Scandinavië heeft hele andere verwachtingen van een aardbei dan iemand in Zuid-Duitsland. Denk hierbij aan kleur, smaak, vruchtmaat of grofheid van de plant. ‘’We proberen een bepaald type plant te maken die kwalitatief en met de juiste kostprijs voor meerdere klanten geschikt is. We telen rond de 15 rassen. Het gaat zo richting de 80 artikelen die wij maken en die moeten allemaal goed zijn van kwaliteit.’’   

‘’De grootste uitdaging is om voor iedereen het best passende product te maken. In dit proces vervul ik de rol van teeltmanager, ik focus mij op de plant en dat is waar mijn passie ligt.’’   

Benieuwd naar de mogelijkheden bij Flevoplant? Neem gerust contact met ons op.